Geplaatst in Authenticiteit, Case, Outbound marketing, Reclame, Story telling

Mijn blog op Marketingfacts over het échte verhaal achter Manutan

“Het eerste wat ik voel is opwinding, het is een genoegen om u allen hier bij Dreda zien. Toen ik met mijn vader begon in een klein kantoor van 9 vierkante meter in Parijs, een zwart-witte catalogus van 24 pagina’s en onze eerste werknemer Mevrouw Potin, had ik dit zelfs in mijn stoutste dromen niet verwacht.” Het is november 2011, en Jean-Pierre Guichard geeft het stokje aan zijn kinderen over, net zoals zijn vader André dat in 1994 deed toen hij als directeur terugtrad. Jean-Pierre doet zijn uitspraak bij Dreda, een soort bedrijfsdorp dat heel bijzonder is, maar daarover straks meer.
Jean-Pierre was nog jong toen zijn vader hem in 1966 vroeg samen met hem in zijn droom te stappen. Een droom met veel risico’s, het gezin Guichard verkocht zelfs haar huis om hem te kunnen financieren. In 1966 bestonden er al postorderbedrijven voor consumenten, maar nog niet voor bedrijven. Vader André had het idee om gereedschappen, in het Frans manutention genoemd, via catalogi te gaan verkopen, en vroeg zijn zoon Jean-Pierre hem daarbij te helpen. En dat deed Jean-Pierre: “Op een weg bezaaid met spannende ontmoetingen met mensen die ik nooit zal vergeten, hebben we samen gebouwd aan een mooie Europese en multiculturele maatschappij. Het bedrijf is klaar om een nieuwe fase aan te pakken, terwijl het trouw blijft aan de waarden die altijd zo belangrijk voor ons zijn geweest: wederzijds respect, verantwoordelijkheid, waardering van de vaardigheden van elk mens. Ik nodig u nu uit om dit te vieren.” Jean-Pierre heeft zichtbaar moeite met het afscheid, maar heeft het ‘volste vertrouwen’ in de daadkracht van zijn kinderen. Brigitte, Pierre Olivier, Herve en Xavier leiden op dit moment het bedrijf Manutan, en houden de menselijkheid in stand die hun vader en grootvader al in het bedrijf stopten vanaf het moment dat ze mevrouw Potin in dienst namen. Dat laatste gok ik, want veel is er niet te vinden over de ‘why’ van Manutan. En toch.

Klik hier om op Marketingfacts verder te lezen

36527_10032395_1379052493_famille-guichard[1]

Geplaatst in Reclame

Reclame verbetert de wereld voor € 150.000,-

Opeens zag hij het. Thomas Ashwell, uitgever van het ‘Export Trade & Shipper Magazine, kreeg een visioen. En op 8 april 1938 regelde hij een lunch op de Harvard Club in New York met twaalf andere ‘export advertising executives’, een bijzonder dag. Want die dag werd de ‘International Advertising Association’ geboren. Op zich heel logisch destijds zo’n ‘advertising association’, immers je wilde de wereld vertellen over de producten die je had gemaakt, en destijds kon dat alleen via ‘betaalde media’. In de loop van de jaren ontwikkelde de ‘IAA’ zich tot een organisatie die iedereen wilde vertellen hoe belangrijk reclame voor de wereld is. Want reclame is belangrijk voor de wereld toch?

Beter worden van een reclamecongres € 150.000,-. Dat is wat Bill Clinton kreeg om afgelopen donderdag aan de Nederlandse reclamewereld te vertellen dat ze na moesten denken over ‘Hoe reclame de wereld kan verbeteren’. Heeft iemand enig idee? Als ik mijn dochters moet geloven kan reclame de wereld vooral verbeteren door zichzelf op te heffen (“Papa wie heeft dat eigenlijk ooit bedacht?”). Want als je er over nadenkt is het natuurlijk raar en misschien ook jammer dat duizenden euro’s van de prijs van je nieuwe auto opgaan aan reclame. Het doet me denken aan een uitspraak van marketinggoeroe Seth Godin op een congres in Amsterdam (klik hier) “I am a marketer, I have money. That gives me the power to interrupt you. En dat wordt ook bevestigd als ik de column van een reclameman (Eugène Roorda) lees (klik hier) waarin hij die € 150.000,- voor Bill Clinton rechtvaardigt: “Wij pakken alles aan om ons vak van prestige te voorzien”. Blijkbaar is dat nodig.
Dure reclame “Reclame is verleiding; we prikken in uw onderbewuste op zoek naar uw angstknop of statusknop. Let u maar eens op: 99.9% van alle reclame mikt op een van die twee”. Dat zegt Roorda in zijn column. Maar het grappige is: die reclame kan wel mikken, maar niemand wordt tegenwoordig nog geraakt. Want wat doen mensen ‘s-avonds als het reclameblok begint? Ze duiken op hun tablet of smartphone om content te zoeken die echt interessant is. Dus die 99,9% schiet ernaast. “Zijn aanwezigheid tijdens De 24 uur van de Reclame is een inspiratiebron voor de Nederlandse creatieve wereld”, zo spreekt Ralph Wisbrun over de aanwezigheid van Bill Clinton op het congres. Maar is het niet jammer voor die ‘creatieve wereld’ dat niemand hun ‘creaties’ nog wil zien? Terwijl er best veel interesse is voor creativiteit, zij het dat mensen het niet meer geloofwaardig vinden als het in een reclameblok zit. Maar wel als het ‘authentiek’ wordt overgebracht.
Pastoor in het personeelsblad Wat dat betreft is het kwartje bij Coca Cola snel gevallen. Ik heb eerder al de voorbeelden gegeven over de ‘Open Happiness’ campagne van Coca Cola (klik hier), maar nu hebben ze de

Geplaatst in Outbound marketing, Reclame

Mijn interview op Marketingfacts met Tessa van Breugel van Doritos

“Ik heb geen idee eigenlijk van wie ik het heb. Mijn ouders vertelden me altijd wel dat ik het beste moest bereiken wat ik kon, maar voor mijn gevoel is het toch iets wat ik zelf heb ontwikkeld”. Tessa van Breugel is erg enthousiast en zit vol vuur, dat valt me aan het begin van het interview al op. Ze vertelt over haar oorspronkelijke doelen in het leven, en waarom ze daarvan is afgeweken. Ze praat vol passie over ‘haar merk’ Doritos, en over wat ze voor het merk doet. Hoe ze haar boodschap heeft moeten verdedigen, en de focus heeft bewaakt. Ze praat over merkenbureaus en zendtijd kopen en campagnes en acties, maar het grootste succes achter het merk ziet ze zelf niet: haar vuur, dat ze blijkbaar erg goed over kan brengen op anderen. En wat ze ook niet beseft en nu pas leest, is dat haar geschiedenis deels ook een herhaling van de geschiedenis van Doritos is. Tessa presenteert haar verhaal op NIMA-congres The Case 2013 en ik mocht haar daarover een paar vragen stellen.

Klik hier om verder te lezen. 

Geplaatst in Inbound marketing, Reclame

Mijn blog op Marketingfacts: Een wereld zonder reclame

“Grote ergernis: inmiddels moet ik eerst 3 reclames bekijken voordat ik een programma terug kan kijken via internet! Grrrr !€&#%^*%”. Mijn collega Elke irriteert zich aan reclame en ze is daarin niet de enige, zelfs Zalando heeft blijkbaar bewust besloten om te stoppen met haar irritante reclames. Jeff Bezos van Amazon zei het mooi tegen een aandeelhouder die vroeg waarom hij geen reclame maakt: “Advertising is the price you pay for being unremarkable”. Maar reclame lijkt soms wel een doel op zich, en het kan dus nog wel even duren voordat de wereld weer zonder reclame is. Want ik vraag me af: hoe ziet er die uit? Er was ooit een wereld zonder reclame, vrij van ‘ad vertere’, want dat is het Latijnse woord waar adverteren vandaan komt. En het begon allemaal met de uitbarsting van de Vesuvius.

Klik hier om bij Marketingfacts verder te lezen. En als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl

KodakGirl_PC

Geplaatst in Authenticiteit, Content Marketing, Inbound marketing, Outbound marketing, Reclame, Thought Leadership

Mijn blog op bouwkennis over ‘minder aan marketing doen’

Als je praat met (bouw)ondernemers hoor je het steeds vaker, zeker tijdens deze recessie: “Ik moet méér aan marketing gaan doen”. In het verleden kwamen de klanten als vanzelf, je hoefde alleen maar je gezicht links en rechts te laten zien bij de plaatselijke drumband en dan wist men je wel te vinden voor een klusje. Je liet je mening horen en liet op recepties merken dat je verstand had van je vak, en potentiële klanten kwamen direct of indirect op je af. Je hoefde daarbij ook niet te acteren, je kon gewoon jezelf zijn. Maar ja, op dit moment komen de orders niet vanzelf, en ondernemers vinden dus dat ze “méér aan marketing moeten gaan doen”: advertenties plaatsen, direct mails sturen, mensen ongevraagd bellen, dat soort dingen. Duur, maar ja je moet wat. Wat ik hieronder duidelijk wil maken is dat het allemaal niet zo nodig hoeft. En dat we eigenlijk weer terug zijn bij vroeger, toen je alleen maar je kennis en je persoonlijkheid hoefde te delen met je omgeving. Links én rechts. Want er is meteen ook een belangrijk verschil: tegenwoordig werkt het vooral online. En dat is wel wennen.

Klik hier om mijn blog op Bouwkennisblog te lezen. En als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl

Geplaatst in Authenticiteit, Inbound marketing, Outbound marketing, Reclame

De inboundgeneratie: marketing als een puber

“Weet je trouwens hoe ik aan mijn oppasadresjes kom pap? Ik laat bij kindjes waar ik gespeeld heb altijd terloops vallen bij hun ouders dat ik vaak oppas. En een tijdje later word ik gevraagd”. Hmm mijn dochter heeft het ‘inbound marketing’ al in het bloed zitten, alhoewel ik me afvraag of ze het van mij heeft. Ze vindt mijn blogs “saai” namelijk, ze is van een generatie die het ‘outbound marketing’ al niet eens meer als optie ziet. Grappig. Terwijl de hele trage marketeers zich nog op TV richten (het ‘first screen’ *kuch*) en de redelijk trage marketeers nog op Facebook-acties (irritant en blijkbaar ook illegaal), doen de pubers gewoon hun eigen ding. Onze advertenties worden door ze genegeerd, of ze irriteren zich: “If you talked to people the way advertising talks to people, they’d punch you in the face”. Marketing wordt steeds ingewikkelder, hoor ik grijze marketeers wel eens verzuchten. Maar nee, het wordt steeds makkelijker, ik vertel je hoe. En een verrassende tweet wees me daar onlangs nog eens op.

Het onzekere fotograafje
Het was de beste tweet van het hele evenement, daar was iedereen het over eens. En blijkbaar was het niet eens een tweet van één van de genodigden, maar van een ingehuurde fotograaf. Eh fotograafje: “Oud vertelt oud wat jong allang weet”. Hij kwam voorbij op de ‘twitterfountain’ (ik kende dat woord niet eens), een scherm waarop alle tweets over het evenement ‘Next Marketing 2013’ met de hashtag #NM13 werden getoond. En het klopte gewoon! Het zette me ook aan het denken toen ik later die dag zelf een workshop LinkedIn mocht geven: “Weten die ‘jongeren’ in de zaal niet veel beter dan ik dat je sociaal moet zijn op social media?”. Ik werd er zelfs wat onzeker van: “Twittert ze nu naar vriendinnen ‘Oude lul hier heeft ontdekt dat mensen op social media geen reclame willen zien'”? Hee ik ben pas 43!

De commercials van Mark
Zelfs de marketeers die zich actief op Facebook begeven en denken daarmee ‘hip’ te zijn, slaan de plank soms compleet mis. Terwijl Facebook de mogelijkheden steeds verder uitbreidt om de timeline van gebruikers vol reclame te plempen, haken de vooral jongere gebruikers in grote getale af. Duh! Ik las laatst zelfs dat je in je FB-timeline alle berichten van mensen als ‘spam’ kunt aanduiden, behalve die van niet-mensen: reclameberichten… In een eerdere blog heb ik al eens betoogd dat Mark Zuckerberg het zelf wel begrijpt, maar de (marketing)mensen om hem heen hem hebben gewezen op zijn ‘naïviteit’… Ze hebben nu zelfs bedacht dat ze ‘wel een graantje van de TV-commercialmarkt mee willen pikken’ door video’s in je timeline te zetten die vanzelf starten. Want daar zitten we op te wachten toch? Facebook heeft hiermee mijns inziens geen verdienmodel gevonden, maar een sterfhuisconstructie… Het doet me denken aan een oud gezegde van mijn held Gary Vaynerchuck: “Marketers ruin everything”.

Het naakte merk
Maar wat moeten wij oude marketeers dan wel doen om nog de toekomst in te kunnen, en niks meer te ‘ruïneren’? Een cursus ‘menselijk zijn op social media dan maar’? Volgens mij is het allemaal niet zo moeilijk, we moeten gewoon wat oude trucjes afleren. We moeten anders leren genieten, niet blijven geilen op ‘brands’ en hoe geweldig het is om die te ‘managen’, maar om onszelf en onze collega’s achter dat merk uit trekken: ‘Stop hiding your humans’. Want dat merk, zo wordt in de documentaire ‘The Naked Brand’ betoogd, is niet langer te managen. In een interessant interview met Jeff Rosenblum, de maker van de documentaire, legt hij uit dat het ‘outbound marketing’ model niet alleen bij de jongere generatie achterhaald is, maar dat veel ‘ontwikkelende landen’ dit marketingmodel maar even overslaan. We worden hier in het Westen volgens hem nog geremd met ons ‘legacy model’ (ja moeilijk woord, vond ik ook) en de mensen die het in stand houden: “The advertising industry, in many ways, hasn’t changed since the days of “mad men.” And since the days of “mad men” the industry has been known for being full of shit. But being full of shit doesn’t work anymore”. Wij oude marketeers vinden het heerlijk om die ‘mad man’ in stand te houden, maar de rest van de wereld, inclusief onze eigen kinderen, lachen ons gewoon uit.

Ze vroeg het laatst aan me toen we in de auto zaten: “Ik snap al die mensen niet hoor pap die jouw blog lezen, vinden ze dat echt interessant?”. Ik was stil, had zo snel geen antwoord. Maar nu heb ik het wel: “Ik snap het wel hoor meisje, dat zijn allemaal oude mensen die nog in merken geloven. Die tweets sturen ramvol hashtags omdat ze denken dat dat moet. Die blogs schrijven die beginnen met ’10 manieren om’, omdat ze denken dat dat moet. Jij doet niet zo gekunsteld, jij snapt het allang. Ik ben trots op je”.

20130513-004429.jpg

 

Als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl

 

Geplaatst in Authenticiteit, Reclame, Social Media

Overjustification effect: De onzekerheid van platte Facebook-acties

cute-facebook-girl-i-like-you-love-Favim.com-243668“Je bent zelf een Facebook-winactie”, twitterde Margot van Trier onlangs. Een doordenkertje. Eh nou ik weet niet precies wat ze ermee bedoelde, maar het zette me wel aan het denken. Want het valt me heel erg op dat marketeers die begrijpen dat ‘schreeuwen’ op nieuwe media niet werkt en die zich erbij hebben neergelegd dat ze aan ‘engagement’ (pfff wat een woord) moeten doen, dan maar kiezen voor platte acties. Het lijkt wel puberale onzekerheid: ze vinden me niet leuk om wie ik ben, maar om de spelletjes die ik met ze speel. Zucht.

Toast van een Jehova-getuige

“Hoe goed gaat het echt met je als je op Facebook vrienden wordt met Melba Toast?”, vroeg nrc.next-columnist Marcel van Roosmalen zich onlangs af. Terecht. Hij schreef over een actie van het merk, dat mensen van een reclamebureau op pad had gestuurd. Ze moesten met mensen die Melba Toast op Facebook geliked hadden aan de voordeur ‘een echt gesprek’ voeren (van minimaal 20 minuten!). Dat laatste leer je dan wel af, als je zo’n commerciële variant van de Jehova’s Getuigen aan de deur krijgt. Alhoewel Jehova’s Getuigen geen ‘Melba-toast-verrassingspakket’ bij zich hebben natuurlijk. Want mochten mensen niet in je verhaal geïnteresseerd zijn, dan heb je altijd iets te geven. Wat ze op kunnen eten. Toast.

Overjustificatie (jawel) bij Microsoft

Toen ik enkele maanden terug een presentatie kreeg te zien van de marketing rond een nieuwe Microsoft-telefoon, viel me hetzelfde op. De marketeers waren zo bang dat de ‘influencers’ (pfff wat een woord) die een paar maanden de telefoon mochten uitproberen niet positief waren, dat ze hen maar gingen omkopen. Om de paar dagen kregen ze cadeautjes, en de grootste twitteraars nog extra veel.

De grap is dat je op deze manier betaalt om het tegenovergestelde te bereiken: geld haalt namelijk de ‘intrinsieke motivatie’ (die van binnen zeg maar) van mensen weg. Want stel dat de mensen in de pilot de Microsoft-telefoon echt leuk gaan vinden, gaan ze zich misschien toch bewust of onbewust afvragen of dat door de cadeautjes komt: “Leuke telefoon. Of vind ik dat vanwege die gratis kerstboom van Microsoft?”. Serieus: een gratis kerstboom. Van Microsoft.

Dit noemen ze het overjustification effect (pfff): mensen letten méér op het effect van externe beloningen op hun gedrag dan van ‘interne’ beloningen: plezier. Dus zodra je ze geld geeft wordt dat de ‘motivator’, en zodra je het geld wegneemt vinden ze het niet leuk meer. Probeer het maar eens bij je kinderen. Nee, grapje. Overigens is dat ook de reden dat de Harvard Business Review onlangs haar excuses heeft aangeboden voor het bedenken van de managementbonus begin jaren ’90: niet vanwege het graaigedrag van vandaag de dag, maar omdat de financiële beloning de echte motivatie van mensen laat verdwijnen. Voor de bonushaters: Dan Pink laat het in dit geweldige TED-filmpje zien.

OK. Het wordt je als marketeer dus afgeraden/verboden om maillijsten in te slaan, of om Facebook-likes letterlijk te ‘kopen’. Dus wat is dan het meest logisch? Omkopen natuurlijk. Wat anders? De winactie, uw timeline staat er vol mee. Het is de moderne variant van de ‘loyalty card’, eigenlijk ook een misleidende term. Want met deze ‘gekochte loyaliteit’ kweek je geen echte banden, maar tijdelijke banden met mensen die tijdelijke banden ook interessant vinden. Precies: dezelfde mensen die nu op die winacties klikken. Nee, ik wijs hier niet een bepaald geslacht aan, er zijn ook mannen die dat doen.

Het nooit eindigende verhaal

Eén van de leukste films die ik als kind keek (eh, vaak) en later als vader (eh, ook vaak) is The Neverending Story, een verhaal over een kindje dat met een witte draak over een fantasieland vliegt. De hele film werkt toe naar het verschrikkelijkste moment: dat hij zijn ‘true self’ in een spiegel ziet. Laat ik niet teveel verklappen, maar er zijn duidelijke parallellen als je ziet wat er op dit moment met marketing gebeurt.

We hebben als marketeers in de loop van de tijd namelijk een muur tussen ons en onszelf opgebouwd (jawel), en het is net of we er heel veel moeite mee hebben dat die nu afbrokkelt. En dat terwijl reclame in de 19e eeuw ooit is begonnen (las ik laatst) zoals het nu wordt: om mensen eerlijk te informeren (nu heet het ‘content marketing’, pfff). In de loop van de 20e eeuw zijn we pas begonnen met het bouwen van ‘brands’ die we een bepaalde ‘positionering’ (gewenst imago) hebben meegegeven, waarachter we onszelf vervolgens verstopten. En ook nu proberen veel marketeers zich achter de transparantie van social media te verstoppen. Ik kan je vertellen: dat lukt niet. Hou maar op.

De onzekerheid bij win-acties

Je ziet het bijvoorbeeld als je kijkt naar de criteria voor een marketingaward, of als je meedoet aan een onderzoek over marketingtrends: de meetlat is nog steeds de oude. Er wordt gekeken hoe je je positionering bereikt, nu dan met social media. Er wordt gekeken hoe je de P van ‘promotie’ invult, nu dan met social media. Expert(!)bijeenkomsten over ‘branding’, nu dan met social media. Er wordt gekeken welke campagnes je hebt ingezet, terwijl conversatiegoeroe Steven van Belleghem terecht zegt: “Social media beginnen vandaag en stopt nooit meer”. Een goede Facebook-winactie is goede marketing volgens deze maatlat.

Het doet me allemaal denken aan mijn puberteit: ik kon me niet voorstellen dat mensen mijn persoonlijkheid leuk vonden, het moest toch iets zijn wat ik voor ze deed dat ze contact met me wilden. Onzekerheid. Ik sta er ook altijd van te kijken: marketeers die adviseren: “Nee, likes moet je niet kopen, die moet je verdienen. Eh, met Facebook-winacties natuurlijk!”. Kan het misschien zijn dat mensen je liken omdat ze je liken? En nee, niet omdat ze dan iets kunnen winnen? Omdat je gewoon leuk bent? Likeable?

Margot had gelijk: je bent zelf een Facebook-winactie. Laten we de puberale onzekerheid eens achter ons laten en ophouden met die Facebook-winacties (of varianten daarop). Want ik vind ze verschrikkelijk irritant. Oh eh nee ik bedoel: zodat we onze ‘true self’ in de ogen kunnen kijken, en beseffen dat dat de mooiste en meest effectieve marketing oplevert. En ja, dat is eng.

 

Geplaatst in Outbound marketing, Reclame

Reclame-reflex: een nieuwe welvaartsziekte

Paniek. Ik kan het niet anders omschrijven. Het basisidee is zelf al absurd: als je in 2012 een nieuwe auto had gekocht ging daarvan al 800 euro op aan reclame, oftewel aan het jou overtuigen om die auto te kopen. Dat had auto-adviesbureau Aumacon onlangs berekend (klik hier). Maar wacht eens even: werkte dat overtuigen ook echt? Want als je de reclameuitgaven naast de verkoopcijfers legt zie je geen verband, of zoals Aumacon het mooi verwoordt “geen gelijke tred”. Merken als Hyundai die zonder blikken of blozen ruim 34 miljoen euro aan ‘outbound marketing’ uitgeven en daarmee de reclamelijst aanvoeren, maar niet de verkooplijst: daar staan ze op plek 9. En merken als Volkswagen die op de reclamelijst op de 8e plek staan, maar in 2012 wel de meeste auto’s verkocht hebben. Maar wat nog meer uit de cijfers blijkt: paniek.

De nerveuze tweede helft
Want wat Aumacon het meeste opvalt is dat er in de tweede helft van 2012 net zoveel is uitgegeven aan reclame als in de eerste helft. En blijkbaar is dat niet gebruikelijk: “Immers, het accent van de autoverkoop (en daarmee de reclamedruk) ligt toch vooral in de eerste heft van het jaar”. Er zijn dus managers in de loop van 2012 heel erg nerveus geworden van de verkoopcijfers, en in een reflex geschoten: de reclame-reflex. En volgens Aumacon zonder duidelijk effect. Het lijkt wel of die oude theorie van de ‘share of voice’ niet meer werkt. Share of voice? Even wat marketingeschiedenis.

De nieuwe en de oude share
Wat opvalt als je bij Wikipedia zoekt op het ‘share of voice’ concept, is dat je alleen de ‘nieuwe’ betekenis krijgt te zien: de ‘belofte’ van een digitaal medium (bijvoorbeeld een website of Google) om niet teveel advertenties tegelijk te laten zien,  waardoor je toch een soort ‘garantie’ krijgt: we laten naast jouw advertentie maar 3 advertenties van concurrenten zien. Maar de betekenis die ik als eh oude rot geleerd heb (en jaren bij NIMA-trainingen heb uitgelegd) is een andere:  er is een bewezen verband tussen de ‘share of voice’ van je merk (het aandeel van jouw reclamebudget van het totale reclamebudget in je markt) en het ‘share of market’ (gewoon marktaandeel). Nou ja vroeger was dat verband er in elk geval, want volgens een analyse van Nielsen Media Research (klik hier) wordt dat verband steeds zwakker. En misschien bestaat het verband niet meer, en is reclame zinloos geworden, zo zou je uit de Aumacon-cijfers concluderen. Mochten de Nederlandse automerken dit beseffen (en ernaar handelen) dan zou het een mooie gift aan het Nederlandse volk zijn voor 2013: de auto’s worden 800 euro goedkoper, en je hebt minder reclame om je aan te irriteren.

Kromme tenen van een reflex
Een andere manier waarop de reclame-reflex ‘opspeelt’ is bij de vele ‘nieuwe toetreders’: bedrijven die nooit reclame hebben gemaakt en opeens tenenkrommende (radio)commercials de wereld in slingeren met de simpele boodschap ‘koop onze producten nu’. Ze zijn soms zo slecht dat ik denk dat het parodieën zijn. Ik zie het helemaal voor me bij die bedrijven: het gaat slecht, we moeten aan marketing doen. En de (reclame-)reflex is dan: outbound marketing, mensen onderbreken met je commerciële boodschap. Terwijl inbound marketing zoveel mooier is: niet onderbreken bij wat interessant is, maar zijn wat interessant is. Veel goedkoper ook.

“Daarom zit ik in de reclame en koop ik 2e hands”, zo reageerde iemand op mijn tweet over die 800 euro. Ergens klopt het ook wel: van de prijs van een tweedehands auto is misschien nog maar 500 euro ‘reclamewaarde’. Maar wat ik echt denk is dat we aan het eind van deze lange depressie geen ‘reclamewaarde’ meer hebben. Jammer misschien, maar het maakt de media minder vervuild, en de producten veel goedkoper. Ik zou de retweeter ‘uit de reclame’ daarom toch willen adviseren een ander vak binnen de marketing te kiezen. Om paniek te voorkomen.

Edwin Vlems

Meer over ‘Inbound Marketing’ staat in mijn boek ‘REAL Inbound Marketing, inbound in 3 uur’ (klik hier). En als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl

Geplaatst in Authenticiteit, Inbound marketing, Outbound marketing, Reclame, Transparantie

Billboards in Sao Paulo: goedkoop is geen duurkoop

Neyde en Nobuko, twee bejaarde Braziliaanse vrouwen, wonen al heel hun leven in een klein huisje aan de Raposo Taveres-snelweg in Sao Paulo. In 2006 besluiten ze in te gaan op een aanbod van een billboard-uitbater, om in hun tuintje een mega-billboard te plaatsen. Twee jaar is er niets aan de hand, tot de burgemeester van Sao Paulo een beslissing neemt die uniek is in de marketingwereld.
istock DSC_9887

Eind 2006 wordt in Sao Paulo namelijk de ‘Wet Schone Stad’ ingevoerd: elke vorm van buitenreclame wordt beboet met minimaal $10.000 aangevuld met $1000 per vierkante meter. Het lukt de bejaarde dames niet om het gigantische billboard op tijd uit hun tuin te krijgen, en dus legt de stad ze een boete op van $25.000. Ze gaan echter in beroep, en hoeven uiteindelijk maar $8.000 proceskosten te betalen, wat ze zeggen niet te kunnen: “Sou aposentada, como ia pagar uma fortuna dessa?”. Eh, volgens Google Vertalen: ze hebben slechts een klein pensioentje.

Elk nadeel heeft…

De gemeente heeft tot nu toe al $216 miljoen aan boetes verdiend dankzij de wet, een doekje voor het bloeden omdat de beslissing van de burgemeester natuurlijk ook minder belastinggelden oplevert. En toch blijkt 90% van de 11,3 miljoen inwoners het helemaal eens te zijn met het beleid van de burgemeester (“Het was alsof ik mijn stad Sao Paulo opnieuw leerde kennen”), en ook de besturen van andere steden in de wereld kijken jaloers naar deze ‘schone’ stad. Marketing is vies blijkbaar, of in elk geval ‘outbound’ marketing.

Het bedrijfsleven was natuurlijk niet blij, maar zoals altijd heeft ook hier elk nadeel weer zijn voordeel. Zo werden de reclamemakers gedwongen om de randen van de wet op te zoeken en creatief te worden. Er werden levende billboards op belangrijke punten neergezet, studenten die voor $15 de hele dag een bord ophouden. Op Hawaii, waar vreemd genoeg voor een Amerikaanse staat reclame ook ontmoedigd wordt, huren merken zelfs kunstschilders in op gebouwen te schilderen.

Mond-tot-mondreclame verdorie

Maar een echt creatief bedrijf grijpt natuurlijk zijn kans en stopt in zijn geheel met ‘outbound marketing’. “Ik ben verdorie nu helemaal aangewezen op mond-tot-mondreclame, ik heb helemaal geen geld voor media”, zo klaagt een ondernemer in Sao Paulo. En laat dat nu de toekomst zijn in een wereld die steeds transparanter wordt. We leven namelijk in een tijd dat we méér vertrouwen op het eerlijke oordeel van een online vreemde, dan een advertentie van een bekende, zo laat Rachel Botsman in een geweldige TED-video zien.

Toen een ziekenhuis in de buurt onlangs begon te adverteren, vroeg een collega: “Zouden ze iets willen verdoezelen?”. Het zette me aan het denken…

De dure marketingflop

…is het gebruik van (veel) reclame in de toekomst wellicht een indicatie dat een merk het anders niet ‘redt’? Zo is er voor de grootste filmflop van 2012, de Disney-film ‘John Carter’, ontzettend veel geld aan ‘marketing’ uitgegeven. En hoe groter de flop bleek te worden, hoe verder de budgetsluizen werden opengezet. Rich Ross, directeur van de Disney Studio’s, verontschuldigde zich direct na het eerste tegenvallende weekend en gaf aan dat “the movie failed to connect to the audience”. Maar zoals de website Daily Finance treffend reageert kan hij dat na een weekend nog niet zeggen: “All he knows is that the advertising failed to connect. But apparently, to Ross, there is no difference — or maybe marketing is all there is?”.

En dat terwijl regisseur Peter Jackson van The Hobbit gewoon af en toe wat lollige achter-de-schermen-filmpjes online zet, en op die manier zonder kosten de toekomstige kijker ‘opwarmt’, al jaren voordat de film in de bioscoop komt.

Marketing hoeft niet duur te zijn, of misschien geldt voor marketing in de toekomst wel: goedkoop is goedkoop. Gekochte aandacht wordt immers steeds verdachter…

Het viel me op, toen ik enkele maanden terug door Sao Paulo liep (gratis dankzij ‘inbound marketing’): het is een stad waar je nog een ‘vrije blik’ had, niet zoals Times Square in New York of Piccadilly Circus in Londen. Een stad waar je rustig kon wandelen en er niet naar je ‘geschreeuwd’ werd. Met als uitzondering op de regel: een mega-billboard in het tuintje van twee oude besjes. Besjes met een heel klein pensioentje.