“De reacties op mijn posts op LinkedIn zijn over het algemeen heel positief, op Twitter waren de reacties wat harder en ongenuanceerder. Dat mag best, maar zodra het persoonlijk wordt en mensen je aan gaan vallen kan dat pijn doen. Sommige mensen vinden ook dat bankiers zich ook vooral met geld verstrekken bezig moeten houden.”
Dirk Mulder is Sector Banker bij ING, hij plaatst regelmatig interessante posts op LinkedIn. Posts met een duidelijke focus: “Ik ben verantwoordelijk voor het verzamelen en delen van relevante kennis over de sectoren retail, automotive en groothandel. Voor de zakelijke markt zijn de verkoopteams in de kantoren per sector ingedeeld, zodat we de problematiek van de klant beter begrijpen.” Lees verder ““Het kost tijd om op LinkedIn je expertise te ontwikkelen” [interview]”→
In mijn LinkedIn-netwerk zit een mevrouw met een slaap-adviescentrum. Ze deelt er elke dag een paar artikelen over slapen, sommige lees ik ondanks dat ik geen slaapproblemen heb. Maar mocht ik ooit slaapproblemen krijgen, dan is zij de eerste die ik aanklamp. En als iemand op LinkedIn vraagt naar een ‘slaap-expert’ dan verwijs ik naar haar. Wie weet gaat ze zelfs nog ooit geld aan me verdienen.
Mooi om te zien dat iemand met het delen van een paar artikelen per dag over haar expertise dit effect bereikt. Artikelen die ze toch wel leest, ze wil immers ‘bijblijven’ op haar vakgebied. Volgens mij heeft ze zelf nog nooit een blog geschreven over slaap, zo zie je maar hoe weinig moeite het hoeft te kosten om ‘thought leader’ op een onderwerp te worden. Hieronder beschrijf ik hoe iedereen dit eenvoudig kan bereiken.
“Bouw aan je publiek in plaats van aan je verkooppraatje.” En daarmee vat Rob Beltman in een tweet een treffend artikel van Gary Vaynerchuck samen. Gary pleit ervoor dat je je tijd niet moet verkwisten aan het ‘converteren’ van een klant, maar aan het vergroten van je publiek. En dan komen de klanten vanzelf: “Vind de 18 die geïntrigeerd zijn, en geef hen je tijd. Niet de mensen die toch nooit van je zullen kopen. Don’t try to convert the un-convertable.” Heel herkenbaar: als ik veel moeite moet doen om mensen te overtuigen van mijn aanpak dan haak ik al af, want ietsje verder in het publiek staan twee mensen die er al helemaal klaar voor zijn. En daar moet je dus tijd in steken: in het publiek, niet in je sales. En tegenwoordig is dat makkelijker dan vroeger, je kennis trekt online het publiek ‘gewoon’ aan. Dat geldt overigens niet alleen voor jou, maar voor al die collega’s die wat interessants te vertellen hebben en dat (online) kunnen gaan doen. De mensen die de antwoorden hebben op de vragen van het publiek, maar die nu nog niet geven. Voor die mensen, diep in de afdelingssilo’s van je bedrijf, moet je glijbanen maken. Niet voor hen, maar voor de klanten. Bij Hitma doen ze dat. Klik hier om bij Marketingfacts verder te lezen
…lekker, makkelijk te maken én lactosevrij.” Is dat herkenbaar? Dat de foto’s bij recepten nooit lijken op jouw brouwsel? En dat dat ‘makkelijk te maken’ ook wel tegenvalt? Ik bladerde wat door de ‘Hallo Jumbo’, en als marketeer weet ik natuurlijk dat die gerechten op de foto vaak niet eens eetbaar zijn omdat ze door de fotograaf ‘visueel zijn verbeterd’. Dat die perfecte kindjes aan de picknicktafel op de foto in het echt verwende, gefrustreerde rotjochies zijn wiens ouders per se wilden dat ze fotomodel werden. Maar veel van de mensen die daar doorheen bladeren weten dat niet; hun eigen imperfectie doet pijn als ze daar naar kijken. Een indrukwekkend TED-filmpje van Brene Brown over schaamte laat dit mooi zien. Ze beschrijft daarin een parfum-commercial die de ‘perfecte vrouw’ laat zien: “I don’t know how much perfume that commercial sold, but I guarantee you, it moved a lot of antidepressants and anti-anxiety meds.” We hebben als marketeers het mooiste beroep van de wereld, waarom doen we anderen dit dan aan? Het merk Dove stipte dit ook aan in haar recente campagnes, maar ook zij kunnen nog dat stapje extra zetten. Lees verder “"Dipje? Niet met deze dipsauzen…”→
“Och jee ze noemen een interview tegenwoordig ook al content marketing”, zo riep een Hollandse ‘goeroe’ op dit gebied onlangs op LinkedIn, ik vermoed naar aanleiding van de interviews die na mijn Workshop Content Marketing online verschenen. Ik vraag de deelnemers namelijk om als oefening elkaar in duo’s te interviewen, en het interview in een blog te verwerken. En dat zet ik dan natuurlijk online. Ik kan me voorstellen dat een interview op het eerste gezicht maar een ‘lichte’ vorm van content marketing lijkt, maar ik wil hieronder laten zien dat een interview de beste content marketing is, juist in ‘fysieke’ branches als de bouw. Ik doe dat in drie delen: een beschrijving van het ideaal, van een logisch alternatief en van het ‘beste alternatief’. Jawel.
“Ik wil mijn lezers oproepen om niet naar de gelekte Miljoenennota te kijken”. Het was voor het eerst dat de Miljoenennota lekte, en de hoofdredacteur van een ochtendkrant dacht dat hij zijn lezertjes netjes voor de wagen had gespannen, met zijn oogklepjes op hun hoofd: “Doorlopen mensen”. Deze houding verbaasde me: alsof mensen zelf niet in staat zijn te denken of te beslissen. Dat is in de loop der tijd wel veranderd. We leven in een tijd dat alle bedrijven uitgeverij willen worden, maar dat de uitgeverijen zelf failliet gaan. En we gaan naar een tijd dat het allemaal nog een stapje verder gaat: dat iedereen uitgever wordt. Of ja: de meesten van ons zijn nu al uitgever van ‘dunne content’, maar zullen er ook ‘dikke content’ aan toe moeten voegen. Klinkt smerig, ik weet het. Ik leg het uit.
Klik hier om verder te lezen op Marketingfacts. En als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl
“Het viel me al meteen op: er zitten hier veel pareltjes verstopt. En ik zou ze graag uit het zand bevrijden.” Marketing- en PR-manager Hans Derksen zit op een goudmijn van content bij accountancy- en advieskantoor ABAB, en zijn handen jeuken om te gaan delven. Van de 700 medewerkers zijn er namelijk zo’n 650 experts die de potentie hebben om ‘thought leaders’ te worden, als het aan hem ligt. “Het lijkt misschien een saaie branche, maar je kunt als marketeer met kleine stappen al veel resultaat bereiken”. Tijdens het NIMA-congres The Case Rotterdam op 29 mei legt Derksen uit wat hij tot nu toe hiervoor heeft gedaan en wat het ABAB heeft opgeleverd. Ik sprak met hem over het bevrijden van passie en het veranderen van een bedrijfsmodel. Of eigenlijk: het veranderen van een branchemodel.
Klik hier om het interview met Hans bij Marketingfacts te lezen. En als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl
“Dat klopt mijnheer Vlems, onze stagiaires moeten nog steeds brieven leren schrijven. Ach ja dat bepaalt iemand in Den Haag en dan volgen we dat maar hè. Volgend jaar vervalt die eis. Hoop ik.” Kun je het je voorstellen: we leven in een tijdperk waar vrijwel alles via e-mail wordt verstuurd, en toch moet de nieuwe generatie brieven leren schrijven, omdat ‘de school’ vindt dat dat moet. Absurd. We leven in een wereld die steeds sneller draait: Gangnam Style is nog niet weg of de Harlem Shuffle is er al voor in de plaats gekomen, en andere trends staan te dringen. Wordfeud is in, en een paar weken later weer uit. Sommige mensen worden er misselijk van en haken af: “Stop the world, I want to get off”. Oude hiërarchieën en theorieën brokkelen af, ze kunnen de snelheid niet aan. De enige juiste strategie om de wereld bij te kunnen benen is jezelf blijven, menselijk gevoel tonen en helderheid scheppen over wat je echt beweegt. Als student, marketeer of organisatie overstijg je dan met gemak de vluchtigheid van al die zogenaamde trends. Die verdomde versnelling, het heeft me zelfs een vriendschap gekost.
Klik hier om verder te lezen op Marketingfacts. En als je denkt dat ik je kan helpen bij je marketing kun je me mailen op edwin@vlems.nl
Toen ik deze week op de vakbeurs ESEF rondliep en in gesprek raakte met een conculega (ja zo schrijf je dat), maakte hij een opvallende opmerking: “Elk jaar komen er in Nederland minder klanten naar beurzen, Nederlanders zoeken op internet naar leveranciers tegenwoordig. Maar ik heb ontdekt dat Duitsers nog steeds in grote getale naar beurzen gaan, dus volgend jaar sta ik op de Hannover Messe”. Het klonk op dat moment logisch, maar later begon ik er over na te denken: het lijkt wel of de beurs een doel op zich is geworden, in plaats van een middel om de relatie met klanten te verstevigen. Ik heb vaak discussies over de ROI van een vakbeurs, voor het geld dat je aan een vakbeurs kwijt bent kun je immers veel andere marketinginstrumenten inzetten. Maar wat me het meeste verbaasde was de opmerking “Nederlanders zoeken op internet naar leveranciers”. Zorg dan dat je gevonden wordt zou je zeggen…maar dat is natuurlijk veel moeilijker dan een beursstand naar Duitsland te verplaatsen. Of toch niet?
‘Thought Leadership’
De crux zit hem in het concept ‘Thought Leadership’. Bij MCB hebben we een stagiair onlangs een ‘thought leadership’ strategie laten formuleren. Wat opviel is dat de begeleider van haar marketingopleiding het concept oorspronkelijk niet eens kende, maar dat deze enkele weken later zelf met de beste definitie kwam: “Bij ‘Thought Leadership’ marketing gaat het erom dat je een toonaangevende positie in je markt inneemt voor wat betreft betrouwbaarheid, geloofwaardigheid en expertise, en dat je een voortdurende drive vertoont om steeds beter te presteren. Je streeft er dan naar dat iedereen jou als toonaangevende partij beschouwt in je markt. Op basis daarvan kun je dan, als e.e.a. lukt, je huidige klanten optimaal aan je binden en makkelijker nieuwe relaties werven”. Oftewel: zorgen dat je in je strategische markten gezien wordt als expert op belangrijke onderwerpen. Met ‘je’ wordt enerzijds MCB bedoeld, maar (meer en meer) ook de medewerkers van MCB. Zowel degenen die direct met klanten werken, maar ook specialisten op andere vakgebieden binnen het bedrijf.
Boeren
De markten veranderen flink, ze worden verzadigd en transparant. Dat betekent dat ‘pushen’ enerzijds steeds slechter werkt, en dat je (dus) steeds meer aan ‘pull’ dient te werken. Of zoals Jeff Bullas het (hier) verwoordt: “Ik heb in 20 jaar verkoop en marketing veel verkooptelefoontjes moeten plegen. In de afgelopen 12 maanden heb ik geen enkel verkooptelefoontje gepleegd en niets geadverteerd, en toch is de omzet gestegen en mijn werk veel leuker geworden”. We leven in een tijd dat mensen een steeds grotere hekel hebben aan marketeers en verkopers die proberen ze door een verkooptrechter te slepen, dus als je geen jager meer mag zijn zul je een goede boer moeten worden. Eentje die verstand heeft van zijn vak, en die bereid is deze kennis ook te delen. Dat is ook de reden dat we de presentatie van onze ‘Thought Leadership’-strategie online hebben gezet: klik hier. En daarmee tonen we meteen het principe zelf ook aan: wees relevant en transparant en de wereld komt naar je toe.
Dit is de basis van hoofdstuk 8 van het boek ‘REAL Inbound Marketing’ (klik hier, Nederlandstalig).